Uitgelicht:

Mobiele telefoonnetwerken

Tegenwoordig zijn er vele frequentiebanden beschikbaar om al het verkeer van mobiele telefoons te verwerken. In 1994 ging dat nog heel anders. Een Autotelefoon meldde zich aan op een oproepkanaal (153.210 MHz) van het PTT ATF-1 netwerk en kon vervolgens gebruik maken van 1 van de 38 beschikbare landelijke kanalen. Een tweede netwerk PTT-ATF 2 was actief rond de 464 MHz en PTT-ATF 3 rond de 944 MHz. 

Aan het einde van de vorige eeuw kwamen de GSM netwerken. 2G zendmasten werden in Nieuw-Lekkerland in 1998 in gebruik genomen, later volgde 3G (UMTS), 4G (LTE) en inmiddels zitten we aan de 5G netwerken (NR) met zenders die op 773 MHz (KPN), 783 MHz (T-Mobile) en 1835 MHz (Vodafone) uitzenden. GSM staat voor Global System for Mobile communications en is een wereldwijde standaard voor mobiel telefoonverkeer waarin technieken en protocollen zijn vastgelegd. Er wordt altijd gewerkt met een soort raster (zendcellen) waarbij een mobiel contact maakt met de sterkste zender in de buurt. Een interessante website om te zien waar alle masten in Nederland staan is de vinden op antennekaart.nl.